9.2 VERKERINGSTIJD

In Kerkrade en omgeving waren leuke uitgaansgelegenheden. Twee bioscopen, enkele dancings maar ook gezellige bruine kroegen. Twee danszalen hadden een minder goede naam. Deze werden voornamelijk bezocht door Duitse jongeren uit de grensstreek. Met hun Kreidler brommers maakten ze de omgeving onveilig of kaapten de leuke meisjes. Dansmeesters hielden toezicht dat het niet uit de hand liep. Wezen ook paren terecht als ze een dansuitnodiging weigerden maar wel in dezelfde dans met een andere danspartner op de vloer gingen.

UITSTAPJES / VAKANTIE

Wandelen naar het hertenpark en in het prachtige natuurgebied bij het stuwmeer. Samen op een bank, knus tegen elkaar en vlinders in de buik. Mijmeren over de toekomst. Maar ook trips met de trein naar Valkenburg  en Maastricht. Evenzo naar Maassluis, kennismaken met opa en oma van der Linden. Maar ook  bezoek aan overige familie. Daarnaast tochtjes met de zundapp brommer van broer Wiel. Bezoeken aan de mergelgrotten in Valkenburg of de Wilhelmina toren in Vaals. Genieten van het  uitzicht.

KEULEN (1963)

Vader van Claire had ons met de auto naar het station van Aken gereden. Vandaar reden we verder met de trein naar Keulen. Hier bezochten we een aantal winkels, hadden een boottocht op de Rijn en een rit met de kabelbaan. Uiteraard ook een indrukwekkend bezoek aan de Dom. Laat in de avond kwamen we weer in Aken aan, waar we weer met de auto werden opgehaald.

RURHSEE (1963)

Mijn broer Wiel had op zee gemonsterd en ik mocht zijn brommer  gebruiken.  We hadden een tochtje naar de Ruhrsee in Duitsland gepland. Het was prachtig zomers weer; onderweg kochten we  perziken en heerlijke pruimen.  Na enige tijd namen we plaats op een bank om van de natuur en gekochte fruit te genieten. Vervolgens daalde we af om een boottocht te maken. Een paar mensen stonden eveneens op de boot te wachten. Een vrouw sprak ons aan en vroeg of we uit Kerkrade kwamen; ze had ons dialect herkend.  Ruim een uur lang verbleven we op de boot. Zo mooi als de dag was begonnen, zo eindigde deze. Na enige tijd kregen we pech aan de brommer; met geharrewar kreeg ik de ketting weer op het tandwiel.  Terug naar huis regende het pijpenstelen; als verzopen katten kwamen we thuis.

MAASSLUIS (1964)

Familiebezoek in de zomer van 1964; we waren verbaasd dat we hiervoor toestemming kregen. Een week lang onder moeders vleugels vandaan. Oom en tante waren gastvrij; we genoten onbekommerd en waren uitgelaten. Eveneens verbleven we in de caravan van een andere oom. We keken naar de zeilers op het Brielse meer; bezochten opa en oma in Maasluis. Zaten urenlang aan het havenhoofd van de Nieuwe Waterweg, maar ook varen op de veerboot van Maasluis naar het (toenmalige) eiland Rozenburg. Met de fiets naar het historische dorpje Brielle; of met de trein naar Rotterdam voor bezoek aan het bekende winkelcentrum ´De Lijnbaan.´ Bezoeken hebben wij in latere jaren herhaald. Steeds weer erg gastvrij en gezellig.