René Schupp

5.6 WINTER

Strenge witte winters; bevroren ramen, ijspegels aan de dakspanten, maar ook koude lakens. Stoeien in de sneeuw; schaatsen op de vijvers in de omgeving. Sleeën op de omliggende hellingen; sneeuwbalgevechten en wat dies meer zij…

SNEEUWPRET

Na schooltijd genoten wij door met onze sleeën van de hellingen af te dalen. In de buurt was een zeer steile helling. Aan het einde van de helling, kon men evenwijdig aan de spoordijk, nog een tiental meters door sleeën, tot aan de tramtunnel. De afdaling was een sensatie, maar de klim naar boven.

WEILAND

Om deze reden waren wij toch vaker te vinden op de kleinere helling van boer (B). In dit weiland was een prachtige glooiing die doorliep tot aan de rand van het stadspark. Het was er altijd erg druk en een heel gezellige sfeer. Zelfs de oudere jeugd en ouders waren er te vinden.

AUTOBUS

In de Erensteinerstraat woonde familie (G). Door een ernstig mijnongeval was de vader invalide. Zij hadden een groot gezin: de smid had voor hen een speciale slee gemaakt. Met acht personen kon men hierop plaats nemen; wij noemden deze slee dan ook de 'autobus'.

ROMANTIEK

Als de maan aan de hemel stond en de sterren flonkerden; vrienden en vriendinnen samen op één slee. Knus tegen elkaar; vlinders in de buik. Eerste kusjes; het waren spannende ervaringen.

SCHAATSEN

Op de bevroren vijvers van Rolduc konden de schaatsers hun beste beentje voorzetten. Echter velen waren niet in het bezit van deze luxe. Desondanks was het steeds erg druk en werden schaatsbewegingen vlijtig geoefend. Vallen kon men ook zonder schaatsen!

FORNUIS

Het fornuis vond ik in de winter een uitdaging; op de gloeiende platen liet ik sneeuwballen dansen. Het schouwspel leek veel op de stervende zwaan...!